Toestand in jeugdpsychiatrie blijft schrijnend

Vier jaar na de moordpartij van Kim De Gelder, wiens ouders tevergeefs op zoek gingen naar psychologische hulp voor hun zoon, klagen experts aan dat de toestand in de jeugdpsychiatrie nog steeds schrijnend is. “De wachtlijsten zijn maandenlang.”

“Voor een diagnose moet je een paar maanden wachten, voor een echte behandeling kan de wachttijd tot een jaar oplopen”, zegt Jean Steyaert, kinderpsychiater aan het UZ Leuven. “De wachtlijsten zijn ellendig lang. In de crisisopvang kunnen sommige kinderen binnen de 48 uur terecht, maar een opname duurt er maximaal vijf dagen.”

“Er zijn nog steeds overal wachttijden van enkele weken tot enkele maanden”, bevestigt ook Sofie Crommen, voorzitster van de Vereniging van voor Kinder- en Jeugdpsychiaters. “Zelfs als iedereen het erover eens is dat het een noodgeval is. Het kost bloed, zweet en tranen om een jongere geplaatst te krijgen. Vorige zomer had ik een zwaar psychotische patiënt. Drie maanden heeft het geduurd voor ik eindelijk een plek vond. Dat is van de pot gerukt. Op dit moment ben ik ook weer vruchteloos op zoek naar een plaats voor een ander kind.”

Ondertussen wordt er gebricoleerd: een bed hier bij en een bed daar. Sommige ziekenhuizen, zoals het UZ Gent, installeren mobiele crisisteams die psychiatrische hulp aan huis bieden. “Maar dat biedt allemaal geen structurele oplossing”, zegt Crommen. “Vaak komt het erop neer dat ouders zelf ervoor moeten zorgen dat hun kind niet meer alleen is tot er eindelijk een bed vrij is. Ouders snappen dat niet: als je kind een gebroken been heeft, wordt het onmiddellijk geholpen. Altijd, maar als het psychisch in hoge nood is, kan dat niet.”

Een van de ouders die niet langer begrip kan opbrengen, is Sandra De Rons. Haar dochter is zestien en wil dood. Psychiaters geven toe dat de tiener hulp nodig heeft, maar niemand heeft een bed vrij. “We staan met onze rug tegen de muur”, zegt De Rons. “Onze dochter wil niet meer leven. Ze kan geen twee tot drie maanden wachten. Dan is ze er niet meer.”

Een van de verklaringen voor die lange wachttijden is de flessenhals waarin kinderen terechtkomen: wie na zijn opname terug naar huis kan maar toch nog begeleiding nodig heeft, die vindt al helemaal moeilijk hulp. “Speciale internaten of intensieve gezinstherapie, je vindt het nauwelijks”, zegt Steyaert. “In de provincie Antwerpen loopt de wachtlijst voor thuishulp voor autistische kinderen op tot vier jaar.” Peter Emmery van Kinderpsychiatrisch centrum Genk, treedt hem bij: “Jongeren blijven veel te lang in opname omdat we geen alternatief vinden. Zo komen er geen bedden bij en stropt alles op.”

Lees meer in de krant De Morgen.